Jozef Wilmots werd op 15 april 1933 geboren in het Vlaamse St.-Truiden. Na zijn studie Germaanse Filologie bij de Katholieke Universiteit Leuven, werkte hij van 1959 tot 1966 als lector Nederlands achtereenvolgens in Göttingen, Bonn en Frankfurt am Main. Deze baan legde de grondslag voor zijn levenslange bemoeienis met de extramurale neerlandistiek.

Toen in 1971 het Limburgs Universitair Centrum werd opgericht, werd tevens voor het eerst in opdracht van de Vlaamse Gemeenschap (later ook van de Nederlandse Taalunie) de Zomercursus Nederlandse Taal en Cultuur georganiseerd volgens een concept dat eigenlijk nooit meer is losgelaten. De hoofdorganisator en drijvende kracht achter deze cursus was Jos.

Na de verdediging van zijn doctoraat bij zijn alma mater, de KU Leuven, in 1979 werd Jos benoemd tot ordinarius hoogleraar taalkunde, een functie die hij tot zijn emeritaat in 1999 twintig jaar lang zou blijven bekleden.

In die twintig jaar nodigde Jos heel veel studenten, jongere en oudere collega’s uit Centraal-Europa naar Hasselt uit, organiseerde ettelijke banden van afdelingen van de Orde van den Prince met extramurale vakgroepen en reisde ook zelf vrijwel alle afdelingen neerlandistiek in Centraal- en Oost-Europa af om er voor kortere of langere tijd college te geven dan wel andere praktische hulp te verlenen.

In 2003 kreeg hij als dank voor alles wat hij tot die tijd voor onze regio heeft betekend – en nog steeds betekent! – van de Palacký Universiteit in Olomouc het doctoraat honoris causa uit de handen van rectrix Jana Mačáková uitgereikt. Tot 2012 was Jos steeds enkele weken per semester als buitengewoon hoogleraar praktische Nederlandse taalkunde aan de Palacký Universiteit werkzaam.

IN MEMORIAM

Em. prof. dr. en eredoctor Jos Wilmots (1933-2024)

In het nieuwste deel van de serie Lage Landen Studies, het ter gelegenheid van 50 jaar IVN door Jaap Grave geschreven De Internationale Vereniging voor Neerlandistiek, waarvan u elders in dit nummer een bespreking kunt lezen, wordt Jos Wilmots op liefst 24 pagina’s vermeld, waarmee hij één van de belangrijkste personen is voor de geschiedenis van de vereniging.

Wilmots werd op 15 april 1933 geboren in Sint-Truiden. Hij studeerde met lof af in de Germaanse Filologie aan de Katholieke Universiteit Leuven (1956). Van 1959 tot 1966 was hij lector Nederlands in Göttingen, Bonn en Frankfurt am Main. Hij kende de extramurale neerlandistiek dus uit eigen ervaring. In deze jaren raakte hij betrokken bij de nog jonge IVN. In 1966 ging hij werken als docent bij wat toen nog de Economische Hogeschool Limburg was. Vijf jaar later maakte hij de overstap naar het kersvers opgerichte Limburgs Universitair Centrum en in datzelfde jaar begon hij met de organisatie van de zomercursus Nederlandse Taal en Cultuur in Diepenbeek. Als oud-lector wist hij heel goed hoe groot de behoefte was aan zo’n cursus bij studenten Nederlands in het buitenland. Na de bouw van de campus Diepenbeek, met de befaamde zitkuil, werd deze omgeving bekend terrein voor menig jong neerlandicus (v/m) uit vele landen van de wereld.

Voor Centraal-Europa is van belang dat Wilmots er persoonlijk voor zorgde dat, ondanks alle politieke belemmeringen, studenten Nederlands ‘van achter het IJzeren Gordijn’ de kans kregen om aan de zomercursus deel te nemen. Tal van docenten Nederlands in Centraal- en Oost-Europa hebben de cursus gevolgd. Met enkele van zijn voormalige studenten raakte ‘de beste vriend van de zomercursus’ ook echt bevriend. De zomercursus sloot in 2010 af met een veertigste editie, waaraan liefst 89 studenten deelnamen. De toenmalige rector van de Universiteit Hasselt had besloten hem stop te zetten omdat de zomercursus ‘geen kernactiviteit voor een faculteit Bedrijfseconomische Wetenschappen’ was. Een staaltje ‘managementsdenken’ waar Wilmots zelf wars van was.

Een ander stokpaardje van hem, dat eveneens van buitengewoon groot belang was voor studenten extra muros, was het Certificaat Nederlands als Vreemde Taal, waar hij zich al in de jaren 1977-1980 voor inzette. De uiteindelijke oprichting van het CNaVT in 1980 was zeker ook mede zijn verdienste. Net als bij de IVN loste hij decennialang achter de schermen tal van problemen op. Na de verdediging van zijn doctoraat aan de KU Leuven, in 1979, werd Wilmots benoemd tot ordinarius hoogleraar taalkunde, een functie die hij tot zijn emeritaat in 1999 zou bekleden. Een groot theoreticus werd hij nimmer, maar een begenadigd didacticus was hij wel en hij fungeerde bij vele buitenlandse universiteiten als gastdocent. In Olomouc maakte hij bijna tien jaar als vaste gasthoogleraar deel uit van het docentenkorps en kwam hij elk semester enkele weken lang colleges taalverwerving geven.

Behalve docent was Wilmots ook een begenadigd organisator in het neerlandistische verenigingsleven. In 1982 werd hij voorzitter van de Interna- tionale Vereniging voor Neerlandistiek en lid van de afdeling Limburg I van de Orde van den Prince. Een jaar later werd hij al secretaris Neerlandistiek van deze Orde, een functie die hij tot 1999 en van 2003 tot 2010 bekleedde. Van 2000 tot 2002 was hij voorzitter van de afdeling Limburg I en van 2000 tot 2005 presidiumraad Neerlandistiek.

Wilmots’ talloze activiteiten werden ettelijke keren geëerd met jubileum- bundels. De laatste, een bundel met artikelen in het A-tijdschrift Roczniki Humanistyczne, werd hem ter gelegenheid van zijn negentigste verjaardag feestelijk overhandigd. Bij zijn zeventigste verjaardag in 2003 mocht Wilmots een eredoctoraat van de Palacký Universiteit in Olomouc in ontvangst nemen, een eerbewijs dat terecht verdiend was en waarop hij bijzonder trots was. Het tekent de onuitputtelijke energie van Jos dat hij nog vlak voor zijn dood een boekje uitgaf: Vlaanderen lichtvoetig doorgelicht maar met de nodige au sérieux. Tot op het einde bleef hij een didacticus in hart en nieren, en als zodanig zullen velen zich hem blijven herinneren.

Jos Wilmots had al deze activiteiten nooit kunnen ontplooien zonder de stille, maar zeer doeltreffende ondersteuning van zijn dierbare echtgenote Lutje Wilmots geb. Cools (1933-2023). Zij overleed op 12 december 2023, drie weken voor haar echtgenoot. Jos’ vrienden zullen zich zijn mededeling over haar heengaan blijven herinneren, met een ontroerend plaatje van een door hemzelf eigenhandig gefiguurzaagde kersttafereeltje. Want ook dát was Jos: een in wezen zachtmoedige man die zeer gesteld was op zijn gezin. Dat hij Lutje maar kort overleefde, is geen toeval: na goed 65 jaar met haar samen hoefde het zonder haar niet meer voor hem. Aan de extramurale neerlandistiek is op 7 januari 2024 een dierbare peetvader ontvallen.

Wilken Engelbrecht

Univerzita Palackého, Olomouc Katolickí Uniwersytet Lubelski, Lublin